maandag 2 februari 2015

Een polemiek tegen de zuurpruim (deel 3)

Het literaire tijdschrift Gierik & NVT startte in oktober 2014 met een polemiek over wat literatuur vermag, moet en kan zijn. Redactielid Peter De Voecht beet de spits af, en ik reageerde. Mark Kregting schreef een tweede polemiek, en - je raadt het? - ik reageerde.

Midden januari werd de derde bijdrage van dichter, criticus en redacteur Erik Lindner, op de blog van Gierik & NVT gepubliceerd. Ik bespaar je een samenvatting van zijn essay. Lees het vooral zelf. Ik apprecieer vooral zijn aandacht voor de internationale context en ontwikkelingen. Kortom, schrijven zonder oogkleppen, literatuur als een brug, als een middel tot verbinding.

Toch is er iets wat me, nog meer dan de tips en de ervaringen die Lindner deelt, zal bijblijven: hij stelt de polemiek zelf in vraag. Het genre zit hem niet als gegoten. Daarnaast vraagt hij zich af of het sop de kool wel waard is. Hij schrijft:

Anger is holy zong Mark Stewart en ook dat is waar, maar voor je het weet blijf je steken in allerlei temporele temperamenten en moet je je daar weer later voor verantwoorden, raak je verstrikt in reacties en tegenreacties terwijl de vaart allang uit je polemische eruptie verdwenen is. Inmiddels kun je je terecht afvragen of andere en vruchtbaarder ideeën en gedachten niet overstemd beginnen raken en het gewoon zonder van de tijd is.

Rond dezelfde tijd las ik op de website van het tijdschrift Rekto Verso het stuk Hou er toch mee op, man! Vier polemisten maakten daarin aan evenveel kunstenaars duidelijk dat het tijd werd dat ze hun creatieve talenten aan de haak hingen. Wouter Hillaert, redactiecoördinator van Rekto Verso, schreef een open brief aan acteur en theatermaker Jan Decorte. Hij vindt het hoog tijd dat de man op pensioen wordt gestuurd. De reacties op zijn bijdrage waren uitgesproken pro of contra.

Een polemiek wil de lezer prikkelen. Fijn zo. Ik verzet me nooit tegen een auteur die mijn horizon wil verruimen. Alleen jammer dat sommige polemisten zulke ongenuanceerde zuurpruimen zijn. Een uitgesproken mening pakt goed op papier (liefst kort), levert knappe oneliners op (liefst uitvergroot en vetgedrukt) en neemt het op voor een hoek (liefst erg links of erg rechts). Een dag later - wat likes later - heeft de zuurpruim zijn moment in de spotlight gehad, is iedereen de bal vergeten (als het daar ooit al om ging) en ligt de man uitgeteld in de touwen.

Een goede polemiek verruimt, nuanceert, bouwt op. Een goede polemiek vermoordt geen discussie, maar geeft ze leven. Een goede polemiek is uitgesproken en onverbloemd. De zuurpruimen mogen mijn gat kussen. Ik interesseer me meer voor de manier waarop een polemiek wordt opgebouwd, dan voor de conclusie. Of mijn horizon effectief wordt verruimd, hangt af de invalshoek van de polemist. Maar de bal ligt niet alleen in het kamp van de auteur. Ook het publiek doet ertoe. Hun reacties bepalen of er uit de polemiek een interessant, genuanceerd debat voortvloeit.

Lees ook de andere polemieken en mijn reacties hierop:
Marc Kregting - Het drijfzand van de fictie
Marie Meeusen - Zonder titel
Reactie - Man over vrouw (deel 4)

2 opmerkingen: