zondag 19 mei 2013

Leeslijsten werken niet (deel 2)

Deel 1 lees je hier.

Het duurde tot mijn vierentwintigste voor ik echt begon te lezen. Ik leerde op korte tijd twee mensen kennen die zowel lezen als schrijven. Ik benijdde de manier waarop zij over literatuur spraken. Ik wil dat ook voelen, dacht ik. Hun liefde voor het boek was het finale zetje dat ik nodig had om er zelf in te duiken. Op de juiste momenten duwden ze proza en poëzie in mijn handen om mijn honger te stillen. 'Je moet dat lezen,' zeiden ze dan, of 'Je bent er klaar voor'. Ja, ik was klaar voor Memoires van een luipaard van Peter Verhelst, De Troostelozen van Kazuo Ishiguro en Er hangt een hoge lucht boven ons van Els Moors. Hun woorden deden mij op een andere manier naar het bekende kijken.

'Er is nood aan een omvattend actieplan dat alle actoren in de keten doorlicht en gepaste instrumenten ontwikkelt. En ja, dan is onderwijs een noodzakelijke partner,' zegt Carlo Van Baelen, voormalig leider van het Vlaams Fonds voor de Letteren, in Rekto Verso. Hij is niet de eerste die de crisis van de boekensector, en bij uitbreiding van de Vlaamse leescultuur, vaststelt. Helaas blijft zijn artikel hangen in een vaststelling van de feiten. 


Uiteindelijk zal ook de boekensector zijn weg in de uiteenlopende toepassingen van digitale media moeten vinden, zoals ook de muziekindustrie dat met vallen en opstaan heeft gedaan. Maar, geen muziekindustrie zonder liedjes, geen boekensector zonder verhalen. Dat is het begin van alles. Ik hoef geen geur-tablet die het aroma van een ontkurkte fles verspreidt wanneer het hoofdpersonage wijn drinkt. Een auteur roept het parfum van een bourgogne op door middel van de taal. 

Wat kan die noodzakelijke partner, in deze het onderwijs, betekenen? Wat had het onderwijs voor mij kunnen betekenen? Een docent die mij had gestimuleerd om te lezen, bijvoorbeeld. Misschien zijn die er ook geweest, maar was ik te jong om hun enthousiasme te begrijpen. Klasse voor leraren pakte uit met een artikel over de voorbeeldfunctie van een leraar. Daarin werd het volgende gezegd: 

'Heel wat leerlingen haken af in de loop van het secundair onderwijs, voornamelijk omdat de kloof tussen de eigen leefwereld en de literatuurlijst op school te groot is. Ze worden gedwongen boeken te lezen waar ze zich niet in terugvinden.'

Laten we dan ook stoppen met geschiedenislessen over de Tweede Wereldoorlog? Wat een onzin. Ik ben ervan overtuigd dat een 'oud' boek - een lelijk woord voor klassieker? - jongeren kan boeien. De oplossing is complexer dan een voetballer een boek over voetbal te geven. Een confrontatie met het onbekende kan juist stimulerend werken. Ik lees om mijn horizon te verbreden, niet om te bevestigen wat ik al weet. Waarom zouden veertienjarigen geen les over James Joyce mogen krijgen? Ik durf wedden dat ze een fragment uit Ulysses interessanter vinden dan de meeste publicaties uit de boeken top tien van vorige week. 

Dus, moet de leraar een boekendokter worden? Leerplannen, moeilijke klassen, werkdruk, etc. staan die droom in de weg. Als ik tijdens mijn schoolloopbaan zo'n docent was tegengekomen, één was genoeg, dan was ik misschien sneller door het leesvirus gebeten. Ik twijfel niet aan de vele goede intenties, maar de meeste blijven vaag en stranden op papier. 
Onthoud dat ik gek ben op boeken. Het heeft alleen wat langer geduurd dan bij andere mensen. Niet alles kan op schoolbanken voor je achttiende worden onderwezen. 

Het artikel uit Klasse voor leraren lees je hier.
Het essay van Carlo Van Baelen lees je hier

2 opmerkingen:

  1. ben er weer!

    fijn wat je over het onderwijs zegt!

    ik vind ook dat al dat aanpassen aan de leefwereld van de jonge mensen larie en apekool is. jongeren kijken ook naar prono.

    maar leraren moeten ook de tijd krijgen om zich specifiek met literatuurlessen bezig te houden. de administratieve last is dikwijls zo hoog en de concurrentie met wetenschappelijke en technische projecten zo fel, dat er amper ruimte oveblijft...

    zoen

    yaslin

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dag Yaslin (of Natasha?);

    Knelpunten in het onderwijs (maar ook in andere sectoren) krijgen soms geen antwoord door een gebrek aan tijd van diegene die zich ermee moeten bezighouden.

    De administratieve rompslomp is evenmin een probleem waarmee enkel het onderwijs wordt geconfronteerd. Wie de papieren voor bijvoorbeeld projectsubsidies kan invullen, krijgt goede punten (en centen), soms zelfs ongeacht de kwaliteit van een project in de praktijk.

    Er bestaan tegenwoordig genoeg mogelijkheden om (op elke leeftijd) met lezen bezig te zijn (hogeschool, universiteit, schrijfopleiding, leesclubs, etc). Van een docent verwacht ik niet dat hij alle wegen heeft ervaren, maar wel dat hij de goesting bij zijn leerlingen stimuleert en de goede richting kan aanwijzen.

    BeantwoordenVerwijderen